29 april 2022

Superinflatie: waar vind je nog rendement?

Door: Reyersen van Buuren Vastgoedbeleggingen

De afgelopen maanden zijn financieel en economisch ongekend. In korte tijd buitelen ingrijpende ontwikkelingen over elkaar heen: de naweeën van ‘corona’, negatieve rente, oververhitting van de woningmarkt, snel stijgende energie- en grondstofprijzen en hoge geopolitieke spanningen door de Russische inval in Oekraïne, gevolgd door zware sancties.

 

 

Inflatie ‘een blijvertje’

Die onrust stelt beleggers voor grote uitdagingen. Wat gaat bijvoorbeeld de rente de komende tijd doen? Waar kan je vermogen veilig groeien? En wat doet de inflatie? Die laatste is volgens Maria Demertzis, adjunct-directeur van de economische denktank Bruegel, voorlopig ‘een blijvertje’, schreef zij recent in het Financieele Dagblad. “De gebeurtenissen in Oekraïne (…) hebben één geschil opgelost: het is iedereen duidelijk dat de inflatie niet langer van tijdelijke aard is”, betoogde zij, verwijzend naar de snel stijgende energieprijzen als gevolg van de economische sancties en de Europese afhankelijkheid van Russische olie en gas.

Spaarrente blijft laag

Ook de spaarrente blijft laag, verwachtte de Financial Times eerder dit voorjaar, met hooguit heel voorzichtige eerste stijgingen sinds tijden. In Europa verwachten kenners dat de ECB de rente in juli zal verhogen. In die maand is naar verwachting het opkoopprogramma afgebouwd; dat maakt de weg vrij voor een eerste rentestap om de oplopende inflatie te dempen. Of de renteverhoging daadwerkelijk doorgaat, hangt volgens ECB-vicevoorzitter Luis de Guindos af van de nieuwe economische prognoses. “We moeten dat bekijken, maar vanuit het huidige perspectief denk ik dat juli mogelijk is”, zei hij heel onlangs. Later dit jaar zouden nog een tweede en mogelijk derde rentestapje kunnen volgen. Deze eerste renteverhogingen sinds 7 juli 2011 zouden de depositorente in de eurozone voor het eerst sinds 2013 weer boven de 0 procent brengen. De afgelopen drie jaar staat dat tarief onafgebroken op min 0,5 procent.

 

De waarde van onroerend goed én de huren stijgen normaal gesproken mee met de inflatie.

Denken in scenario’s

BNR-huiseconoom Han de Jong (ex-ABN AMRO) adviseert beleggers desgevraagd om ook in deze bijzondere omstandigheden ‘gewoon’ in scenario’s te denken. “Dat kan van optimistisch – Poetin trekt zich snel terug of verdwijnt van het toneel – tot heel pessimistisch: een jarenlang slepend conflict en escalatie, waarbij de olie- en gaskraan vanuit Rusland dicht gaat.”

Onroerend goed

Economisch uitdagend wordt het voor beleggers sowieso, verwacht De Jong, vanwege aanhoudende inflatie voor de langere tijd tot circa 2,5% en nieuwe loonstijgingen. “Als de koersen sterk dalen, zou je als belegger kunnen wachten tot het dieptepunt en dan kopen,” suggereert hij, “maar veel beleggers verleggen hun aandacht liever van aandelen naar andere, meer stabiele beleggingscategorieën.”

 

Econoom Han de Jong: “Bij hoge inflatie moet je in real assets zitten”

Terecht, vindt De Jong: “In tijden van hoge inflatie moet je in real assets zitten: onroerend goed, goud en grondstoffen. Onder normale omstandigheden zijn daarnaast ook solide dividendaandelen aantrekkelijk, vanwege de regelmatige uitkering. Maar met alle onzekerheid zijn zelfs die riskant. Wil je naast waardegroei ook een inkomensstroom? Dan is onroerend goed het slimst, vanwege de regelmatige kasstroom uit verhuur. Door de sterk gestegen aankoopprijzen zijn de aanvangsrendementen nu weliswaar wat lager, maar dat geldt ook voor het rendementsrisico. Je zou het bijna saai kunnen noemen. En het rendement is nog altijd beter dan bij obligaties.”